Niemand is een binnenmens. In ieder geval niet graag: maar liefst twee derde van de Nederlanders geeft aan liever meer buiten te zijn. Toch brengen de meeste Nederlanders in de wintermaanden bijna 90% van hun tijd binnen door. Deelnemers aan het landelijke onderzoek dat Wageningen Universiteit en Staatsbosbeer voor ons deden, noemden weersomstandigheden en gebrek aan tijd als belangrijkste redenen om binnen te blijven.

Slechts 17 procent vindt het een fijn idee om de hele dag binnen te zijn. Toch gaat een kwart in de wintermaanden minstens één keer per week een hele dag de deur niet uit. De vrije tijd die we in die periode wel buiten doorbrengen, besteden we het vaakst aan wandelen, fietsen en tuinieren.

De meeste Nederlanders zijn in de wintermaanden 21 uur per dag (of meer!) binnen. Toch geeft het overgrote deel aan graag buiten te zijn. Ruim de helft van de Nederlanders noemt zich zelfs een buitenmens. Mensen die graag naar buiten gaan en mensen die zichzelf een buitenmens noemen, komen inderdaad meer buiten dan anderen.

De tijd die we buiten doorbrengen hangt onder andere samen met leeftijd. Mensen ouder dan 45 jaar noemen zichzelf iets vaker een buitenmens en hebben een sterkere voorkeur om naar buiten te gaan dan jongere mensen. Jongeren van 18 tot 25 jaar zijn vaker een hele dag binnen dan mensen in andere leeftijdscategorieën. 

“Jongeren geven vaak aan het ‘te druk’ te hebben om naar buiten te gaan. Studeren, carrière en het onderhouden van sociale contacten staan naar buiten gaan en ontspannen in de natuur in de weg. Maar juist voor deze groep is het heel belangrijk om er even tussenuit te gaan, energie op te doen en weer even tot jezelf te komen”, aldus prof. dr. Matthijs Schouten, Hoogleraar natuurbeheer, Wageningen Universiteit.

‘Slecht weer’ en ‘geen tijd’ vormen de belangrijkste belemmeringen om naar buiten te gaan. ‘Te lui’, ‘ik weet niet wat buiten te doen’, ‘geen gezelschap’ en ‘gezondheid’ zijn andere veelgenoemde redenen waarom Nederlanders minder buiten komen dan ze eigenlijk willen.

Het grootste deel van de Nederlanders (92%) vindt dat het gezond is om buiten te zijn. Uit recente wetenschappelijke studies blijkt inderdaad dat buiten waarschijnlijk een positieve invloed heeft op onze gezondheid. De meest genoemde reden om er in de vrije tijd op uit te gaan is dan ook ‘om gezond bezig te zijn’. Als tweede wordt ‘genieten van de natuur’ genoemd, gevolgd door ‘tot rust komen’, ‘gezellig samen zijn’ en ‘om op te laden’. 

Naar buiten voor ‘een sportieve uitdaging’ geldt vooral voor 18 tot 35-jarigen. Ook ‘gezellig samen zijn’ is voor jongvolwassenen een veelgenoemd motief om naar buiten te gaan. Naar buiten gaan ‘om op te laden’ wordt het meest genoemd door 25 tot 54-jarigen.

Bij Bever vinden we dat mensen niet gemaakt zijn om de hele dag binnen zitten. Buiten is goed voor iedereen, daar zijn we van overtuigd. Het maakt ons gezonder én gelukkiger. Dat dit op een heleboel verschillende manieren kan - en niet per se ver weg hoeft te zijn - laten onze eigen medewerkers zien in Niemand is een binnenmens.